Wat hebben een denker, een mopperaar en een bestuurswetenschapper met elkaar gemeen? Drie wijsgeren die mij heel recent hebben aangezet om deze dolgedraaide tijden in perspectief te plaatsen. David van Reybrouck als Denker des Vaderlands werd onlangs geïnterviewd op Radio 1. Hij stelde dat mensen moeten vérdenken in plaats van verdénken. Hij bedoelde hiermee dat momenteel te veel denken over de korte termijn gaat, maar vergeten wordt na te denken over de verre toekomst vanuit het verre verleden met de inspiratie van verre oorden. Amerikadeskundige Maarten van Rossum sprak in het verlengde van het vérdenken enigszins geruststellende woorden over de situatie in Amerika. Ook deze situatie is vanuit de geschiedenis beter te begrijpen en was minder zorgelijk dan wat we nu ervaren. De pas gepromoveerde Sharon Stellaart toont met haar onderzoek over stelselwijzigingen (in de jeugdzorg) over de afgelopen 40 jaar aan dat er altijd over langere periodes moet worden gekeken om het resultaat te kunnen duiden. Al met al was de boodschap dat ik een vérdenker moet worden.

En wat zegt dit nu over ons vakgebied? Mijns inziens moeten ook wij veel verder terugkijken om een scherper perspectief te krijgen op de toekomst van FM. Ik ben blij dat het trendonderzoek van TG, dat is uitgevoerd in opdracht van FMN, niet alleen de huidige trends benoemt, maar ook die van de toekomst.
De huidige top drie trends zijn geen verrassing: duurzaamheid, werkomgeving en technologie. De blik vooruit levert het inzicht dat de thema’s ‘vitaliteit & gezondheid’ naast ‘sociaal werkgeverschap’ fors gaan stijgen in de top 10. Dit vraagt om vérdenken. Wat heeft het (verre) verleden ons geleerd zodat we de verre toekomst beter facilitair kunnen managen?
Zo lang ik facilitair actief ben, en dat is al meer dan 30 jaar, staat kantoorinnovatie, flexibel werken, hybride werken of activity based working op de agenda. En natuurlijk is er in de afgelopen jaren veel geleerd over wat wel en niet werkt. Maar gebruiken we nu echt alle inzichten uit het verleden of blijven we het wiel keer op keer opnieuw uitvinden? Kan FM vérdenken?
Ik denk dat de coronacrisis ons veel heeft geleerd. Het hybride werken heeft zich geworteld in menig kennisorganisatie met als keerzijde dat de sociale cohesie in veel organisaties onder druk staat. In het kader van vérdenken moeten we betere vragen stellen. Waar lopen we tegenaan? Wat willen medewerkers en wat kunnen werkgevers? Wie is verantwoordelijk en aan zet? Met als essentiële startvraag: wat hebben we eigenlijk geleerd uit het verleden? Ja, flexibiliteit fijn is voor medewerkers, m2 zijn gereduceerd en arbeidsproductiviteit lijkt nog altijd te stijgen. Maar de haarscheurtjes zijn zichtbaar. Mensen weten elkaar moeilijk te vinden en over afdelingsgrenzen heen samenwerken kan eigenlijk alleen maar online. De vraag is of FM voldoende bijdraagt aan het welzijn en welbevinden van mensen voor de verre toekomst. En dan helpt een vierde wijsgeer mij: ‘De geschiedenis is het heden, gezien door de toekomst’ (aldus Godfried Bomans).