Samen sterk in een crisis, samen sterker uit een crisis

Humanagement in gesprek met Tessa Rijntalder, algemeen manager Coronabedrijf

Welke lessen kun je trekken uit een crisis én meenemen naar andere opdrachten? Na twee jaar pionieren aan het coronafront maken opdrachtgever Tessa Rijntalder van de GGD regio Utrecht en Humanagements Kennard van der Tas de rekening op. “Diversiteit bepaalde de succesfactor.”

Tessa: “Het was een bijzondere tijd. De opdrachten vanuit het ministerie kregen we tegelijkertijd met alle andere Nederlanders te horen: op de persconferenties. Het was zaak om dan heel snel alles in gereedheid te brengen. Na de fase dat de testen bij ziekenhuizen en huisartsen werden afgenomen, mochten wij het gaan regelen voor bepaalde doelgroepen – zorgmedewerkers en kwetsbaren. Vanaf 1 juni 2020, toen iedereen getest kon worden, hadden wij onze eerste drive-through-teststraten klaar.”

Kennard: “Vanuit het kernteam was de strategie om het aanbod op regionaal niveau uit te rollen. Dus in alle hoeken van de provincie en uiteraard een aantal grote locaties in de stad Utrecht. In een later stadium kwam daar de XL-locatie bij.”

Tessa: “Naast die spreiding stuurden we ook op een fijnmazig aanbod. We begonnen zowel met vaccineren als met testen op een aantal grote locaties in de regio en bouwden dat uit tot een netwerk van locaties in iedere gemeente van de provincie. Als organisatie maakten we bewust een knik om vanuit de crisisstructuur een apart Coronabedrijf te bouwen. In de aard bleef dat natuurlijk wel een crisisorganisatie, waar de politieke en maatschappelijke druk hoog is en met de bijbehorende communicatie. In het Coronabedrijf was plek voor een speciaal type mens, dat juist gedijt en energie krijgt van zo’n dynamische en urgente situatie. Wat voor type mens? (Schiet in de lach) Iemand zoals ik! En Kennard. We kozen ervoor om de medewerkers uit de reguliere GGD – die ook belangrijke taken hebben – op hun reguliere werk te zetten en gingen vooral met uitzendkrachten werken. Het animo was groot, want zeker in het begin stonden mensen te dringen om een bijdrage te leveren aan de strijd tegen corona.”

Kennard: “Ik denk dat we tijdens de screenings onbewust hebben gezocht op de factor eigenaarschap. Dat is namelijk de gemene deler hier, waar niemand op zijn handen zit te wachten tot er opdracht wordt gegeven. Anticiperen op mogelijke zaken en vragen is essentieel. Met mensen afkomstig uit de evenementenbranche en de horeca heb je in ieder geval al een hands-on mentaliteit. Mouwen opstropen en aan de slag. Al doende leer je dan wat handiger, efficiënter en beter georganiseerd kan worden.”

Tessa: “Ik hielp zelf mee om de eerste teststraten in te richten, was erbij toen de eerste auto’s door de drive-through reden. Met het vaccineren precies zo. De kracht zat ‘m in de strategie. We doen het zelf, tot aan de kleinste details toe, en op het moment dat het staat en werkt, trekken we ons terug en dragen we het over aan anderen.”

Kennard: “De totale organisatie ging razendsnel van start-up naar scale-up. De GGD was even de grootste werkgever van het land. Dat zag je op kleinere schaal ook terug in het facilitaire team. We begonnen met vijf en groeiden naar 78 mensen. Daarvan hadden er maar twee een facilitaire achtergrond. Dat is eigenlijk een enorme kick, dat het met die samenstelling ook lukte. De diversiteit bleek juist een bepalende factor.”

Tessa: “De medewerkers kwamen uit allerlei hoeken en windstreken. Als je erin slaagt zo’n vreemdelingenlegioen bij elkaar te brengen in hun opdracht, dan zit daar de kracht en het succes in. Nu het coronabedrijf in transitie is, kijken we welke geleerde lessen we naar de reguliere basis kunnen overbrengen. En hoe. De kanttekening is daarbij dat het natuurlijk een andere situatie is. Urgentie en maatschappelijke druk maken nu eenmaal andere dingen mogelijk. We zijn nu bezig met een vlootschouw waarin we kijken of de mensen die een belangrijke rol speelden en een geweldige ontwikkeling doormaakten een positie kunnen krijgen in de reguliere organisatie. Wat ik zelf meeneem naar mijn nieuwe opdracht, als clustermanager Landelijke Functionaliteit Infectieziektebestrijding? De ‘can do’-mentaliteit, absoluut. En creativiteit. Want ook daar moet je vanuit niets iets opzetten, en dat betekent niet klakkeloos kopiëren, maar ook out of the box durven te denken.”

Kennard: “In dit proces ontdekte ik de pragmaticus in mij. Vanuit mijn facilitaire achtergrond wil ik zaken borgen, ben servicegericht en bewandel bij voorkeur de Koninklijke route. Als perfectionist ga ik automatisch voor een 9. Maar in urgente situaties heb je daarvoor niet altijd de tijd of luxe, en zul je ook met een 7 of een 6 genoegen moeten nemen. Maar als je het gesprek blijft voeren en vooral blijft denken in termen van mogelijkheden, dan kun je het beste van twee werelden realiseren.”